“Het belang van het kind staat voorop”. Ombudsvrouw pleit voor samenwerking tijdens echtscheidingsprocedure.

Kinderombudsvrouw Magrite Kalverboer gaat met verschillende deskundigen onderzoeken hoe de samenwerking van professionals een plek kan krijgen tijdens een echtscheidingsprocedure. Dat zegt Kalverboer in een interview met hetAdvocatenblad. ‘Op dit moment wordt een echtscheiding gefragmenteerd benaderd. De school, de huisarts, het wijkteam, ze hebben allemaal een beetje informatie.’

Als ouders gaan scheiden, zouden we misschien moeten afspreken dat professionals informatie mogen delen met elkaar, zegt de Kinderombudsvrouw die op 22 april van dit jaar aantrad. ‘Ik weet dat we te maken hebben met privacywetgeving, maar zo kan er een duidelijk beeld ontstaan welke zorg of diensten een gezin nodig heeft.’

Het huidige ouderschapsplan, waarin ouders afspraken maken over de omgang met het kind, de opvoeding of het betalen van alimentatie, wordt volgens Kalverboer vaak onvoldoende serieus genomen. Daarom stelt ze voor om helemaal aan het begin van een echtscheidingsprocedure, nog voordat er advocaten in zicht zijn, een ‘kind assessment’ te doen.

Haar voorganger Marc Dullaert pleitte in zijn rapport ‘Verkenning naar de kindvriendelijke advocatuur’, over de rol van de advocaat als preventieve schakel bij (v) echtscheidingen, voor de introductie van een ‘gezinsadvocaat’. De Kinderombudsvrouw heeft geen bezwaar tegen een praktijkproef. ‘Ik heb begrepen dat kinderen zelf hebben aangegeven dat ze dat graag willen.’ Tegelijkertijd geeft ze aan dat je ook met twee advocaten zou kunnen blijven werken. ‘Zolang ze allebei maar dezelfde belangbepaling als uitgangspunt nemen.’

Het belang van het kind moet volgens de Kinderombudsvrouw voorop staan tijdens echtscheidingen, maar ook tijdens andere procedures. Kalverboer verwijst naar het VN-Kinderrechtenverdrag, dat daar heel duidelijk over is. Nederland heeft dat verdrag wel geratificeerd, maar nog niet omgezet in regels, constateert ze. Ze gaat zich ervoor inzetten dat er besluiten rond kinderen worden genomen, op een manier die het Kinderrechtencomité voorstaat.

Bron: Advocatenblad, 6 september 2016

Gesubsidieerde rechtsbijstand (toevoeging): normen 2016

Inkomensnormen 2016
Wanneer u recht hebt op een tegemoetkoming in de advocaatkosten, geldt: hoe hoger uw inkomen in het peiljaar (voor een aanvraag in 2016 is dat het peiljaar 2014), hoe meer u zelf moet betalen. U heeft geen recht op een tegemoetkoming wanneer uw verzamelinkomen hoger is dan € 26.000 (voor alleenstaanden) of € 36.800 (voor gehuwden, samenwonenden of eenoudergezin met minderjarig kind) of uw vermogen boven het vrijgestelde bedrag van € 21.139. Doet u geen belastingaangifte, dan wordt uitgegaan van uw belastbare inkomen.

Tabel eigen bijdragen personen- en familierecht 2016

In het personen- en familierecht gelden aparte eigen bijdragen.

 

Alleenstaand Gehuwd, samenwonend of eenoudergezin
Fiscaal jaarinkomen Eigen bijdrage Fiscaal jaarinkomen
t/m € 18.400 € 340 t/m € 25.600
€ 18.401 – € 19.100 € 412 € 25.601 – € 26.600
€ 19.101 – € 20.100 € 566 € 26.601 – € 27.900
€ 20.101 – € 22.000 € 720 € 27.901 – € 31.100
€ 22.001 – € 26.000 € 849 € 31.101 – € 36.800
Boven de € 26.000 Aanvrager komt niet
in aanmerking voor een toevoeging
Boven de € 36.800

Hardheidsclausule

Laat uw financiële situatie niet toe dat u deze eigen bijdrage kunt betalen? Dan komt u wellicht in aanmerking voor verlaging naar de eigen bijdrage die voor de overige toevoegingen geldt.

Korting
Wanneer het Juridisch Loket (telefoonnummer: 0900 – 8020) een diagnosedocument heeft opgesteld en de Raad een toevoeging verleent, krijgt u een korting van € 53,- op deze eigen bijdrage.

Vermogenstoets

Er bestaat geen recht op gesubsidieerde rechtsbijstand als het vermogen in box 3 in 2014 (het peiljaar) hoger is dan het van toepassing zijnde heffingvrij vermogen.

 

Vrijgesteld per persoon
2014 (het peiljaar) € 21.139

 

Bij 65+ geldt nog een extra heffingvrij vermogen van maximaal € 27.984.

In 2016 geldt:

Vrijgesteld per persoon
2016 € 24.437

 

Resultaatsbeoordeling en intrekking toevoeging

Als na afloop van de zaak blijkt dat het resultaat van de zaak voor u meer bedraagt dan de helft van het heffingsvrij vermogen, wordt uw toevoeging door de Raad voor Rechtsbijstand met terugwerkende kracht ingetrokken. Het resultaat van de zaak is het nettobedrag dat u ontvangt, bijvoorbeeld van uw ex-partner wegens overbedeling bij echtscheiding of uit de opbrengst van de verkoop van de echtelijke woning. De maandelijkse alimentatie wordt niet beschouwd als resultaat van de zaak. Wel de verkoopopbrengst van een woning die nog niet direct is verkocht of waarvan u een aandeel in de overwaarde pas over enkele jaren zult ontvangen.

Bij de resultaatsbeoordeling wordt voor de hoogte van het heffingsvrij vermogen uitgegaan van het jaar waarin de zaak eindigt. Daarvan is dus de helft (50%) vrijgesteld. In 2016 is het heffingsvrij vermogen € 24.437,- per volwassene. De helft hiervan is € 12.218,50.

Meer informatie vind u op de website van de Raad voor Rechtsbijstand of u kunt contact met ons opnemen.